TY - JOUR AU - van Tussenbroek, Gabri PY - 2020/12/11 Y2 - 2024/03/29 TI - Reconstructie en verzet: Over materiële authenticiteit JF - Bulletin KNOB JA - KNOB VL - 119 IS - 4 SE - Artikelen DO - 10.48003/knob.119.2020.4.698 UR - https://bulletin.knob.nl/index.php/knob/article/view/698 SP - 10-15 AB - <p>Reconstructies van verdwenen gebouwen zijn nieuwe scheppingen, zonder eenheid van tijd, plaats en functie. Daarom zijn argumenten die voortkomen uit de theoretische grondbeginselen van de monumentenzorg – die het behoud van ouderdoms- en getuigeniswaarden en historische bouwsubstantie voorstaan – veelal niet op hun plaats. Toch schuilt er een gevaar in reconstructies, omdat ze de waarde van historische materialiteit relativeren. De ‘dissolution of the real monument’ (Glendinning 2013) is daarvan het gevolg.</p><p>Het brede begrip en de waardering van materiële overblijfselen uit het verleden zijn sinds de Nara Conference on Authenticity in 1994 gedestabiliseerd. Het authenticiteitsbegrip dient volgens Nara te worden beoordeeld vanuit de culturele context waarop het betrekking heeft. Binnen die context kan een monument niet alleen authentiek zijn op basis van geloofwaardige historische bronnen en materiaal, maar ook op basis van bronnen die getuigen van authentieke aspecten als functie, ontwerp, traditie en geestelijke of maatschappelijke waarde.</p><p>Deze conceptualisering van authenticiteit voert tot de verdringing van de materiële authenticiteit. Het prevaleren van conceptuele benaderingswijzen heeft een negatieve invloed op de manier waarop met het materiële erfgoed wordt omgegaan. Het devalueren van het wetenschappelijke, materiële bronnenmateriaal plaatst dat materiële erfgoed in een narratieve context, waarmee het kwetsbaar wordt voor ideologische beeldvorming.</p> ER -