De Bloemkoolwijk: dwaallicht of bron van inspiratie

Auteurs

  • Anita Blom

DOI:

https://doi.org/10.48003/knob.122.2023.4.803

Samenvatting

Kunnen de bloemkoolwijken uit de jaren zeventig een voorbeeld zijn voor het oplossen van de huidige woningnood en de behoefte aan meer sociale cohesie in de buurt? Met het huidige tekort aan woonruimte en de daarmee samenhangende nadruk op kwantiteit dreigt een verschraling van de woningen en de woonomgeving. Dit lijkt op de eenvormige herhalingsbouw aan het eind van de jaren zestig. Als reactie op die soberheid en grootschaligheid van woonwijken, wilden jonge architecten de menselijke maat centraal stellen. Voor de nog steeds sterk groeiende bevolking werd in de Tweede Nota over de Ruimtelijke Ordening (1966) de groeikern bedacht: dorpen of kleine steden in de omgeving van de grote steden om de toenemende bevolking op te vangen. Om het karakter van deze kleine kernen te kunnen behouden lagen kleinschaligheid en laagbouw voor de hand. En dat is juist ook wat jonge gezinnen zochten. Voor deze groeikernen werd het concept van de bloemkoolwijken ontwikkeld, bestaande uit opeenvolgende woonerven. In de smalle en kronkelende straten waren de auto’s ‘te gast’ en was ruimte voor spel en ontmoeting. Verspringende voorgevels met een verschillende dakvormen gaven een levendig en gevarieerd beeld. Deze bij professionals niet gewaardeerde wijken zijn vaak nog steeds populair bij de bewoners. Tijd voor herwaardering voor dit woonconcept?

Biografie auteur

Anita Blom

Drs. A. Blom was tot 1 juni 2023 werkzaam bij de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed als specialist naoorlogse stedenbouw en projectleider van de Verkenning Post 65.

 

 

Referenties

Eind 2022 telde Nederland iets meer dan 8 miljoen woningen, www.cbs.nl/nl-nl/cijfers/detail/82235NED.

Al in het rapport De ontwikkeling van het Westen des Lands (1958) werd gesproken over de noodzaak van een ‘overloopbeleid’ om de groei van de grote steden op te vangen. Zie ook: A. Faludi en A. van der Valk, De groeikernen als hoekstenen van de Nederlandse planningsdoctrine, Assen/Maastricht 1990; M. Ubink en Th. van der Steeg, Bloemkoolwijken: analyse en perspectief, Nijmegen 2011; A. Reijndorp, L. Bijlsma en I. Nio, Atlas Nieuwe Steden, Haarlem 2012; J.E. Abrahamse, Opkomst en ontwikkeling van de bloemkoolwijk. Het ontwerp van woonwijken in Nederland en de zoektocht naar identiteit, Amersfoort 2019.

Het aantal auto’s groeide van 522.000 in 1960 tot 3,2 miljoen in 1973.

In wijken die in 1975-1979 werden aangelegd, is gemiddeld 7% van de weglengte een woonerf, in de periode 1980-1984 is dit percentage 10%. Vanaf de jaren negentig is dit 2%. Voor het doorgaande verkeer werden ringwegen rondom de woonbuurten aangelegd, www.crow.nl/downloads/pdf/verkeer-en-vervoer/wegontwerp/landelijke-data-analyse-verkenning-15-km-per-uur.aspx.

Door verschraling van de openbare ruimte hebben de woonerven nu niet meer de functie van ontmoetingsruimte en is ook dat onderscheid in de loop der jaren afgenomen.

M. Barzilay, R. Ferwerda en A. Blom, Experimentele woningbouw in Nederland 1968-1980. 64 gerealiseerde woonbeloften, Rotterdam 2019.

In de werkgroep zaten de architecten Dick Apon, Piet Blom, Willem Brinkman, Gerrit Boon, Aldo van Eyck, Max Risselada, Wiek Röling, Joop van Stigt, Jan Verhoeven, Nico Witstok en Carel Weeber.

Dit schema van een bloemkoolwijk werd in 1972 door Niek de Boer gepubliceerd in het tijdschrift Baksteen. Uit een recent artikel blijkt dat het moet worden toegeschreven aan de Duitse stedenbouwkundige Walter Schwagenscheidt: https://decorrespondent.nl/11818/de-bloemkoolwijk-een-typisch-hollands-fenomeen-maar-de-bedenker-blijkt-een-duitser/1242628132350-a67fcd59.

A. Betsky, ‘De tussenjaren. Nederlandse architectuur in de jaren zeventig’, in: M. de Vletter, De kritiese jaren zeventig. Architectuur en stedenbouw in Nederland 1968-1982, Rotterdam 2004, 9.

I. Nio, ‘Tussen collectiviteit en privacy’, DASH. Het woonerf leeft, Rotterdam 2010, 4-17.

Weeber sprak van ‘Kleinschaligheid of ook wel Nieuwe Truttigheid genoemd’; C. Weeber ‘Geen architectuur zonder stedenbouw’, in: H. de Haan en I. Haagsma, Wie is er bang voor nieuwbouw… Confrontatie met Nederlandse architecten, Amsterdam 1981, 227-236 eerder gepubliceerd in Intermediair 1979.

www.gebiedsontwikkeling.nu/artikelen/onderzoek-een-bloemkoolwijk-is-zo-gek-nog-niet/.

Zie het onderzoeksrapport Predicaat experimentele woningbouw 1968-1980, van M. Barzilay, R. Ferwerda en A. Blom, Amersfoort 2018; Barzilay, Ferwerda en Blom 2019 (noot 6). https://www.cultureelerfgoed.nl/publicaties/publicaties/2018/01/01/predicaat-experimentele-woningbouw-1968-1980.

Gepubliceerd

2023-12-09

Citeerhulp

Blom, A. (2023). De Bloemkoolwijk: dwaallicht of bron van inspiratie. Bulletin KNOB, 122(4), 20–25. https://doi.org/10.48003/knob.122.2023.4.803

Nummer

Sectie

Artikelen

##plugins.generic.plaudit.displayName##