De Waddenzee, een gigantisch wereldnatuurerfgoedpark
DOI:
https://doi.org/10.7480/knob.110.2011.6.103##submission.downloads##
Samenvatting
Since 2009 the Dutch and German parts of the Wadden Sea have been on the Unesco list of world heritage. Germany and - on an international level - the Wadden Sea Forum and the Common Wadden Sea Secretariat in Willemshaven promote the idea to experience the Wadden Sea as a gigantic North European nature park, from the islands to the continental coast. The Netherlands pursue a policy which has so far adopted a reserved attitude towards the concept of a gigantic park. As a result, since 2009 not a single additional tourist came to experience mudflats from the Dutch coast in the special setting offered by the Wadden Sea (the light, the seals and the brooding birds). A history is at the root of the Dutch reserve, and nevertheless the northern provinces are trying to design a new chapter with the aid of the national 'Waddenfonds' (Wadden Sea Fund), with more attention and possibilities for experiencing the mudflats.
The history of this reserved attitude is as follows: In the 70s of the 20th century the intention still was to reclaim all the summer polders, tidal marshes and mudflats of the province of Friesland (the western edge of the Dutch Wadden Sea), which had formed in the course of centuries. The plan was abandoned in 1979. Thus the 'Dutch Society for the Preservation of the Wadden Sea', founded in 1965, was confirmed in its role of pioneer. In 2004 the government combined the aim of preservation with the extraction of natural gas in the Wadden Sea, whereby a fund was created - the 'Waddenfonds' - for scientific research and practical measures for the stabilization of the economy and the natural balance in the Wadden Sea area, also in view of the approaching climate change. In line with this policy 'nature compensation' - in areas lying inside the dikes - was introduced as a measure taken in connection with the harbour activities and energy production in Eemshaven. The National Park locations for an explicit experience of nature related to mudflats are limited to two islands (Texel and Schiermonnikoog), and Lauwersmeer, which is not connected with the Wadden Sea.
In Germany, just as in Denmark, the entire Wadden Sea is National Park. In the Netherlands access to the area outside the dikes is formally prohibited, with the exception of a limited number of coastal locations (for guided walks across the mudflats and birdwatching), whereas in Germany the National Park is much used by tourists on small artificial beaches and nature lovers in the tidal marshes. The Dutch policy stimulates new forms of creating mudflats and bird-observation locations in areas within the dikes (Emmapolder). With considerable subsidy from the Waddenfonds this phenomenon is being expanded at the moment. The Frisian provincial nature association 'It Fryske Gea' has realized a mudflats centre next to the dike near Hallum, which is to be opened in 2012. The association is counting on fifteen to twenty thousand visitors to the mudflats centre a year. The province of Groningen is going to lay out a cycle track alternately on and next to the dike, on locations where there is no cycle track yet, so that a long cycling tour along the Wadden Sea will be possible in 2015. These small-scale interventions along and on the large-scale sea wall will transform it into a multifunctional dike: a jewel consciously framing a world natural heritage relating a Dutch mentality to the Wadden Sea in a recognizable way, for both Dutch and foreign tourists.
Referenties
Marjolein van Rotterdam, Werelderfgoed van Nederland. UNESCO-monumenten van nu en de toekomst, Hilversum 2011.
The Common Wadden Sea Secretariat: ‘If you want to experience this unique area, it is highly recommendable to opt for a vacation full of activities.’ (www.waddensea-worldheritage.org); The Wadden Sea Forum: ‘Task group and expert groups have been implemented, elaborating a tourism development strategy as well as a marketing and communication strategy. (…) The Wadden Sea Forum as stakeholder organisation is going to actively contribute to the implementation of the strategies and communication and marketing programs.’ (www.waddensea-forum.org); zie ook noot 19.
Eerste zin van hoofdstuk over de Waddenzee in Van Rotterdam 2011 (noot 1). Het plan-Van Diggelen (1849) behelsde, als antwoord op de grote watersnoodramp van 1825, om ‘de complete Waddenzee’ in te polderen (Van Rotterdam bedoelt hier het Nederlandse gedeelte van de Waddenzee).
Zie noot 3.
The Wattenmeer as a whole is the largest unbroken area of mudflats in the world and extends from the North Sea coast of the Netherlands all the way to Denmark. Of special interest are the Halligen – small islands, unprotected by dykes, that disappear beneath the waves during storms and spring tides. The Wattenmeer is a habitat for around 3,200 species of animal.’ www.germany-tourism.de.
Een typische uitdrukking van de actualiteit van die belangstelling vormt het Erlebniszentrum Naturgewalten in List op het eiland Sylt, 2008, Architecten Johannsen en Fuchs.
Theodor Storm, Der Schimmelreiter, 1888; het boek komt verderop in de tekst ter sprake.
Voor meest recente stand van zaken en literatuuroverzicht: G.J. Borger, Ph. Breuker en H. de Jong (red.), Van Groningen tot Zeeland. Geschiedenis van het cultuurhistorisch onderzoek naar het kustlandschap, Hilversum 2010. In het bijzonder: E. Knol, ‘Het verleden van kwelders, wierden en dijken: werk voor natuurwetenschappers’, 11-27; M. Schroor, ‘Tussen Geologie en Geakunde. Historische geografie van Friesland in de periode 1850-1950’, 28-60.
R. Hammel-Kiesow, M. Puhle en S. Wittenburg foto’s), Die Hanse, Darmstadt 2009. De genoemde steden komen voor in de statuten van het Stalhof te London, van 1554.
In Duitsland is dit boek zo beroemd dat er meer exemplaren van in omloop zijn dan van de Bijbel. Het verbaasd dan ook niet dat het boek een aantal keren is verfilmd: 1. Der Schimmelreiter (Duitsland, 1933/34): 35 mm, zwart/wit; 85 minuten, eerste vertoning op 12 januari 1934 in Hamburg; regie: Curt Oertel und Hans Deppe; met buitenopnamen in Husum en Nordfriesland. 2. Der Schimmelreiter (West Duitsland 1977/78) 35 mm, kleur; 96 Minuten, eerste vertoning op 29 maart 1978 in Husum; regie: Alfred Weidenmann; met buitenopnamen in Wewelsfleth, Dithmarschen, Nordfriesland. 3. Der Schimmelreiter (DDR/Polen, 1984); 35 mm, kleur; 95 Minuten; eerste vertoning op 26 december 1984, DDR-televisiekanaal, eerste vertoning in het Westen op 7 september1985 in Husum; Regie: Klaus Gendries; met buitenopnamen in Klockenhagen/Darß, Stralsund (Mecklenburg), aan de Oostzeekust en in Weichsel (Polen), en aan de Noordzeekust (Nordfriesland).
De Friese meerderheid was, uit veiligheidsoverwegingen, voor. Rijkswaterstaat had twee opties: de omliggende zeedijken van de Lauwerszee, met een lengte van 32 km, op Deltahoogte brengen of de aanleg van een 13 km lange afsluitdijk.
www.waddenvereniging.nl; ‘Er was eens…’ is te vinden onder de kop ‘Vereniging’.
A. Kok, Randland, portret van de Friese en Groningse kuststrook, Amsterdam/Antwerpen 2001.
Het verhaal van Henk Hornstra vertelt Auke Annemarie Kok in: Kok 2001 (noot 13).
World Heritage Convention, The Wadden Sea, http://whc.unesco.org/en/list/1314.
Paarden voor de overtocht met een hoge platte wagen naar het eiland Neuwerk, en een tractor die de zogenaamde waddenbus trekt naar het eiland Mandø.
Zie de luchtfoto’s van Peter Elenbaas in P. Elenbaas en W. Joustra, De Wadden Onbewolkt, Amsterdam 2010.
Vanuit Hamburg loopt er een directe trein naar Sylt, die op het eiland zelf aankomt. Na de Eerste Wereldoorlog werd op Sylt een vliegveld aangelegd (verbinding Berlijn-Hamburg-Sylt) voor het toeristisch bezoek van het ‘Westerstrand’, een vorm van grootstedelijk mondain strandvertier dat moest wijken voor militaire doeleinden vanaf de tweede helft van de jaren dertig tot 1961, waarna er een veelgebruikte verbinding met Berlijn tot stand kwam (waarmee de vermoeiende reis over land door de DDR omzeild kon worden. In 2006 is het sinds 1961 gebleven militaire deel van het vliegveld vrijgekomen en is er een breed spectrum aan lijnen met ruim 150.000 vliegpassagiers per jaar. Vluchten van en naar onder andere Berlijn/Tegel, Dresden, Düsseldorf, Frankfurt a. Main, Graz, Hamburg, Hannover, Helsinki, Innsbruck, Karlsruhe, Keulen/Bonn, Kopenhagen, Manchester, München, Neurenberg, Parijs/Orly, Stockholm, Stuttgart, Venetië, Wenen en Zürich.
In 1987 is het secretariaat voor de 'Trilateral Cooperation on the Protection of the Waddensea' opgericht. Het kreeg de naam Common Wadden Sea Secretariat (CWSS) en is gehuisvest te Wilhelmshaven. Het ondersteunt met name de regeringsconferenties in het kader van de internationale samenwerking tussen Nederland, Duitsland en Denemarken wat betreft de Waddenzee. In 2002 werd het Wadden Sea Forum opgericht, dat in het gebouw van het Common Wadden Sea Secretariat te Wilhelmshaven is ondergebracht. Deze organisatie brengt vertegenwoordigers van landbouw, visserij, industrie, energie en toerisme samen op een platform.
J. Abrahamse en M. Bemelman, Wadden – Verhalend Landschap – Cultuurhistorische reis langs de waddenkust van Denemarken, Duitsland en Nederland, Baarn 2005.
K. Freriks, Verborgen Wildernis, Ruige natuur & kaarten in Nederland, Amsterdam 2010. Hierin komen wat betreft het Waddenzeegebied Vlieland, Vliestroom, Terschelling, Noorderleeg, Paesens-Modeergat, Lauwersmeer, Sennerplaat, Boschplaat, Noordkaap, Oldambt, Dollard en Punt van Reide ter sprake.
www.waddenzeewerelderfgoed.nl.
Jaar waarin status nationaal park als onderdeel van Waddenzee werd ingevoerd en omvang van elk gebied in hectaren: 1985 Schleswig-Holstein, 441.000 ha; 1986 Niedersachsen, 345.800 ha; 1989 Friesland (Schiermonnikoog), 5.400 ha; 1990 Hamburg, 13.750 ha; 1999 Groningen (Lauwersmeer), 9.000 ha; 2002 Noord-Holland (Duinen van Texel), 4.300 ha; 2010 Denemarken, 154.409 ha.
Alle informatie is op één website te vinden: www.nationalpark-wattenmeer.de.
De instelling van het Waddenfonds in 2004 viel samen met de beslissing van het kabinet om aardgas te winnen in de Waddenzee. Het fonds wordt uit de gaswinning betaald. ‘Het Waddenfonds is een fonds voor extra investeringen in projecten in en rond de Waddenzee op ecologisch en economisch gebied. Het Waddenfonds heeft een bedrag van 800 miljoen beschikbaar. Dit bedrag zal binnen een periode van 20 jaar worden besteed.’ (WaddenZee.nl); ‘Het Waddenfonds subsidieert projecten die gericht zijn op de volgende subdoelen: vergroten en versterken van de natuur- en landschapswaarden van het waddengebied, verminderen of wegnemen van externe bedreigingen van de natuurlijke rijkdom van de Waddenzee, duurzame economische ontwikkeling in het Waddengebied en een substantiële transitie naar een duurzame energiehuishouding in het Waddengebied en de direct aangrenzende gebieden, ontwikkelen van een duurzame kennishuishouding ten aanzien van het Waddengebied.’ (www.waddenacademie.knaw.nl)
Uitspraak van Henk de Vries op 21 juni 2011, in zijn bijdrage aan het Symposium ‘Op ’n Diek’ te Groningen. De terughoudendheid wordt ingegeven door enkele locaties langs de dijk waar vogels bij vloed dicht nabij de dijk gedrongen worden.
Zie samenvatting van het symposium op www.waddenacademie.knaw.nl, verlag Jaap Jepma van de derde werksessie op 22 juni 2011. De Waddenacademie maak deel uit van de KNAW. Zij ‘ speelt een agenderende, programmerende en informerende rol bij het onderzoek in de Waddenregio. De onderzoeksgebieden zijn: geowetenschap, ecologie, cultuurhistorie, economie en klimaat.’ Twee keer per jaar organiseert de Waddenacademie een symposium, op 21 en 22 juni 2011 vond het plaats te Groningen, en de inhoudelijke voorbereiding lag in handen van de auteur van dit essay, in de functie van lector bij het Kenniscentrum Gebiedsontwikkeling NoorderRuimte van de Hanzehogeschool Groningen.
Zie www.waddendobber.nl
‘Waddenkroon – Bid-book ter ondersteuning van Groninger projecten op het gebied van landschap, cultuurhistorie, recreatie en toerisme voor het Waddenfonds’, opgesteld door bureau Bosch-Slabbers in opdracht van de provincie Groningen en de gemeenten De Marne, Eemsmond, Delfzijl en Reiderland, juni 2007. De ideevorming is ouder dan de planvorming, want al in 2002 werd in het ontwerpatelier Kop over Diek gedurende zes maanden door vier ontwerpers over de vraag nagedacht: ‘Hoe zou de kust van Groningen zich kunnen ontwikkelen voor toerisme en recreatie? Wat zijn de potenties van de Eemshaven op dit gebied?’ Een en ander in opdracht van Toerisme en Recreatie Nederland. Het atelier stond onder supervisie van Hans van der Markt en Wies Sanders. Op 7 november 2002 werden de resultaten besproken in de Academie van Bouwkunst te Groningen. De organisatie werd verzorgd door Platform GRAS. De deelnemende ontwerpers waren: Caspar Slijpen (landschapsarchitect), Geert Reitsma (stedenbouwkundige), Herald Roelevink (stedenbouwkundige) en Krijn Christiaansen (ontwerper).
De beide zitbanken ontwierp Gunnar Daan als monument ter herinnering aan de Friese gedeputeerde Anita Andriesen in 2010.
‘Van tijd tot tijd ontlaadt zich de spanning tussen bestuurlijk-academische natuurbeschermers en de hier opgegroeide en gewortelde inwoners in bizarre acties: toen het bureau van het Nationale Park een paar jaar geleden op Amrum nieuwe bordjes wilde plaatsen, werden ze per kerende post teruggestuurd – ongefrankeerd; de ontvanger moest betalen.’ Bijdrage Ulrich Stock aan Abrahamse en Bemelman 2005 (noot20), 92.
Helaas werd het gebouw rood, geel, blauw en groen gekleurd (bouwkeetstijl). Intussen ziet de ontwerpster zelf ook in dat de matgrijze grondverf, die er onder die kleuren zit, veel beter bij de Wadden oogde.
‘De Bruine Vloot of traditionele chartervloot telt meer dan 400 schepen die per dag, weekend, midweek of week verhuurd worden; als u een schip huurt, dan is dat inclusief een schipper en een maat, die het schip in feite kunnen bemannen; maar uw hulp wordt wel op prijs gesteld, en actief meehelpen maakt het zeilen ook veel leuker. Meestal is het mogelijk de catering aan boord te laten verzorgen. Op veel schepen is zelfverzorging mogelijk. Over het vaarplan kunt u overleggen met de schipper, als u aan boord komt; uw wensen, en de windkracht en –richting spelen dan natuurlijk een rol.’ www.zeilcharter.nl; zie voor andere mogelijkheden www.wadgids.nl/arrangement/dagtocht.htm en www.janrotgans.com.
www.absoluteastronomy.com/topics/Wadden_Sea#encyclopedia.
De vier andere monumenten zijn: Schokland en omgeving, de Stelling van Amsterdam, het molencomplex van Kinderdijk-Elshout en Droogmakerij de Beemster.
De potentiële Waddenkroon bestaat tot dusver, vanaf de Duitse grens westwaarts, uit: Nieuwe Statenzijl – Kiekkaaste en jachthaventje met verbinding naar Blauwestad; Punt van Reide – Waddeninformatiecentrum Reidehoeve en zeehondjeskijkwand; Delfzijl – strand en Eemshotel; Eemshaven – hal van de Borkumlijn; Eemspolder – vogelkijkwand; Noordpolderzijl – mini Waddenhaven; Lauwersoog /nationaalpark Lauwersmeer - zeer divers en levendig aanbod, de enige ‘massa’-plek; Paesens Moddergat – museum over verdronken dorp; Hallum – kweldercentrum; Zwarte Haan – restaurant en bijzonder uitzicht op de kwelders; Holwerd – pier met (nog te ontwerpen mogelijkheid/toegang tot) kwelderbeleving; Harlingen – veerdam, kraan-als-eenkamer-hotel, strandpaviljoen Het Zilt, haven; Den Oever – afmeerlocatie van onder andere culinaire Waddentocht, verzorgd door Jan Rotgans.
Gepubliceerd
Citeerhulp
Nummer
Sectie
Artikelen
Licentie
Copyright (c) 2011 Jos Bosman
Dit werk wordt verdeeld onder een Naamsvermelding 4.0 Internationaal licentie.